“We helpen elk kind bij het zoeken naar de mogelijkheden van zijn eigen kennen en kunnen; de grenzen en beperktheden maar ook de onvermoede talenten om zo elk kind de kans te geven zich als individu te ontwikkelen” (cfr. pedagogisch project).
Om onze leerlingen optimale leerkansen te bieden, is een gedragen visie fundamenteel. Leerkrachten inspireren zicht op een duidelijke opdracht van de school en ontwikkelen zo een sterke doelgerichtheid. Het zorgbeleid is een rode draad doorheen de verschillende beleidsdomeinen. Een schooleigen zorgvisie vormt dan ook de basis voor de concrete, planmatige en doelgerichte realisaties van het zorgbeleid. (cfr. Zorgvademecum 2013)
Onze zorgvisie steunt op 3 pijlers:
- Ontmoeten
Ons inschrijvingsbeleid krijgt zeker onze nodige aandacht. We zorgen voor een warm onthaal in een gemoedelijke sfeer.
Er worden regelmatig ouderavonden en oudercontacten georganiseerd. De betrokkenheid van de ouders vinden we heel belangrijk.
Niet alleen ouders maar ook grootouders, buren of familieleden zijn welkom op onze talrijke creatieve activiteiten en feesten. Het geeft ons een mogelijkheid om te peilen naar de context van de kinderen.
Door regelmatige contacten met externe instanties is er een wisselwerking die voor de kinderen en voor ons verrijkend is.
Leerkrachten krijgen de kans om bij collega's te hospiteren. Dit kan tijdens hun klasvrij uur of tijdens een zorgmoment.
De buurtbewoners worden betrokken bij specifieke gelegenheden. Dit versterkt de band met de buurt en de gemeenschap in de schoolomgeving. Dit sluit perfect aan bij onze brede schoolgedachte.
We streven ook naar een samenwerking met andere scholen. Een
voorbeeld daarvan zijn de werkvergaderingen van alle zoco's van onze scholengemeenschap. In het CVD (college van directeurs) worden eveneens zorgpunten besproken.
- Ondersteunen
Op schoolniveau:
In de communicatie naar ouders toe willen we er op letten dat alle ouders de boodschap begrijpen. Een eenvoudig en duidelijk taalgebruik is dan ook aangewezen.
In de toekomst willen we (opnieuw) een steunfonds opstarten. Daarmee zou de school bepaalde gezinnen, die het financieel moeilijk hebben, kunnen ondersteunen.
Op leerkrachtenniveau:
De leerkrachten krijgen de kans om bijscholingen te volgen. De school financiert de onkosten. Er wordt dan wel verwacht dat de leerkracht de opgedane kennis met de collega's deelt (bv tijdens de personeelsvergadering of in een werkgroep).
Er worden door de school pedagogische studiedagen georganiseerd waar bepaalde items, die al dan niet door de leerkrachten zelf voorgesteld werden, aan bod komen.
De zorgcoördinator staat in voor de coaching van de leerkrachten. Dit gebeurt in een sfeer van vertrouwen en wederzijds respect.
In oktober, januari en juni is er M(ulti) D(isiplinai)r O(verleg) voor elke klas. Daar worden de 'zorgleerlingen' besproken. De klasleerkracht is de spilfiguur en neemt de leiding van het gesprek. De zorgleerkracht noteert in het kindvolgsysteem (VOLG) de afspraken en de handelingsplannen.
Op leerlingenniveau:
De klasleerkracht zorgt ervoor dat elke leerling haalbare taken en opdrachten krijgt (fase 0).
Men zorgt voor een doordachte differentiatie binnen het klasgebeuren. Uiteraard kan de klasleerkracht daarbij een beroep doen op de zorgcoördinator (fase 1).
Naar aanleiding van een handelingsplan wordt er individuele hulp geboden tijdens gekaderde zorgmomenten (fase 2).
Indien, na grondige evaluatie en reflectie, de gewenste resultaten niet haalbaar zijn, wordt in overleg met alle betrokken partijen (school, CLB, externe hulp, ouders, kind) een overstap naar een school op maat besproken (fase 3).
- Open(hartig)heid
De school heeft een open cultuur waar iedereen welkom is en waar de bereikbaarheid ruim voldoende is.
Een eerlijke, open communicatie staat centraal in de bespreking van de aanpak en/of resultaten van de interventies die de school onderneemt. Bij 'slecht nieuws gesprekken' kan de klasleerkracht zich laten bijstaan door de zorgcoördinator.
De rapportering en de resultaten van de testen zijn duidelijk en kunnen, indien nodig, individueel besproken worden.
De verschillende participanten (directie, klasleerkracht, zorgleerkracht,..) zijn ten alle tijde bereid tot een gesprek. Er wordt wel gevraagd om vooraf een afspraak te maken zodat er voldoende tijd vrijgemaakt kan worden.